Krant / Reportage
Een leven lang praten
Wie de term mannenpraatgroep googlet, komt uit bij een satire van Van Kooten en De Bie over bebaarde mannen met geitenwollen sokken. Toch bestaat er nog een échte: een mannenpraatgroep die sinds de jaren zeventig elke maand bij elkaar komt
In 1979 kwamen ze voor het eerst bij elkaar. Oprichter Peter Buijs (64) had 'behoefte om te praten' en hij bracht een groep mannen bijeen. Ze kenden elkaar via hun werk in de zorg. Rond de dertig waren ze, en ze werden geconfronteerd met dilemma's die je tegenwoordig een quarter-life crisis zou noemen. Buijs: "Ik liep met vragen als: Wat voor werk wil ik doen? Blijf ik bij een partner die misschien geen kinderen wil? Moeilijke keuzes op een kantelmoment in mijn leven."
De vier anderen van de mannenpraatgroep zitten bij hem aan de keukentafel. Wouter Hogervorst (66): "Vrouwen zien mannenvriendschappen vaak als weinig diepgaand gepraat in de kroeg." Paul van Dijk (63): "Dat we het misschien wat lastiger vinden om te gaan met gevoelens, wil niet zeggen dat we ze niet hebben."
De vrouwenbeweging was dominant in die dagen, zeggen de mannen, zeker in hun kringen. Ze richtten de mannenpraatgroep mede op vanuit het gevoel 'wij zijn er ook nog'.
Door de jaren heen wisselde de samenstelling enigszins; één lid emigreerde, een ander vertrok omdat hij naar het idee van de anderen te veel belangrijke ontwikkelingen uit zijn leven - liefde, een verhuizing - onbesproken liet. Toen de andere mannen hem dat voor de voeten wierpen, vertrok hij om nooit meer terug te keren. Er kwamen andere heren voor in de plaats, maar de laatste twintig jaar zijn er geen wisselingen meer geweest.
Elke maand komen ze een avond bij een van de mannen thuis. Tijdens het eten mag het gespreksonderwerp nog politiek zijn of een goeie grap, maar als na de afwas de koffie op tafel staat, dienen wezenlijke zaken aan de orde te komen. Gecheckt wordt wie iets wil bespreken, en de 'urgentste' begint te vertellen. De anderen luisteren, stellen vragen en vragen door. Een voorzitter is er niet en hoewel sommigen meer praten (ze wijzen allemaal naar Peter Buijs) dan de anderen, komt iedereen aan bod. Als iemand een grote kwestie wil aanroeren, kondigt hij dat vaak van te voren aan in een e-mail.
Met de leeftijd en de tijdsgeest veranderden de thema's van de praatgroep. Hadden ze het in de beginjaren nog over verkeringen, kinderwensen en eerste banen, in de jaren tachtig bespraken ze de vrije liefde en hoe je een loopbaan combineert met gezin en tijd voor jezelf. Tien jaar later liepen de eerste huwelijken op de klippen, waren ingewikkelde puberkinderen het onderwerp en stierven er ouders.
Zo werd Simon Knepper (62) geconfronteerd met een pijnlijke erfeniskwestie. Hij bleek onterfd omdat hij volgens zijn ouders 'rijk genoeg' was. Moest hij het wettelijk verplichte deel van de erfenis dan wel accepteren? Er werd lang over gesproken en na advies van de groep besloot hij van wel.
De laatste tijd praten de mannen vaak over hun laatste werkzame jaren. Hoe ronden ze hun loopbaan af, en hoe zullen ze de tijd erna invullen? Zo moest Ron Helsloot (64) vanwege zijn gezondheid stoppen met zijn werk als socioloog. Helsloot: "Ik had pijn aan mijn vingers en nek en mijn baan achter de computer werd steeds zwaarder. Maar wat zou vervroegd pensioen betekenen voor mijn leven?" Dankzij de praatgroep ontdekte hij dat hij met zijn persoonlijkheid niet bang hoefde te zijn voor de 'geraniums'. Hij besloot te stoppen met zijn baan en te beginnen met vrijwilligerswerk met minder druk op de ketel.
De kwestie van Ron Helsloot leidde weer tot een gesprek over workaholic Simon Knepper. ¶ Paul van Dijk: "Hij is zo druk met zijn werk dat hij straks na zijn 65ste niets meer heeft". Simon Knepper: "Mijn vrouw en ik werken allebei heel hard en ik kan me niet voorstellen dat ik er ooit mee stop, al moet dat natuurlijk wel een keer." Hij zegt wel eens jaloers te zijn op Ron Helsloot die veel andere dingen heeft in zijn leven. "Het feit dat je het woord jaloezie gebruikt, zegt natuurlijk wel wat", reageren de andere mannen.
Even lijkt het alsof de sessie al is begonnen, maar in werkelijkheid beginnen ze pas als het interview voorbij is. Want aanwezigheid van vrouwen is not done. Wouter Hogervorst: "Met vrouwen erbij is het toch anders. Ik voel als man nu eenmaal natuurlijker mee met mannen." Toen hij zich in 1982 aansloot bij de praatgroep vond hij het moeilijk dat hij door zijn drukke baan nauwelijks van zijn kinderen kon genieten. "Praatte ik daar met vrouwen over, dan gaven ze me het gevoel dat ik faalde. In de mannenpraatgroep daarentegen kreeg ik nuttige feedback."
"'De falende man', dat klinkt wel heel erg jaren zeventig", zegt Simon Knepper. Hij kwam er in 1992 als laatste bij. Zo'n 'linkse praatgroep' was eigenlijk niets voor hem. "Ik ben een solist en geen goede prater als het om diepere gevoelens gaat." Toen hij terechtkwam in een heftige echtscheiding, nam hij de uitnodiging toch aan. "Ik besprak mijn 'tweede puberteit' in de groep. Ik kreeg een vriendin, en toen nog een " Paul van Dijk kijkt bedenkelijk: "Dat hebben we niet voortdurend toegejuicht, hoor." De anderen schieten in de lach.
Normaal gesproken bieden de mannen elkaar vooral een luisterend oor en stellen ze vragen. Slechts één keer zijn ze echt normatief geweest. Wouter Hogervorst: "Een voormalig lid wilde als journalist naar El Salvador terwijl daar oorlog woedde. Er waren daar net vier journalisten vermoord. Hij had kleine kinderen. Wij vonden dat hij niet moest gaan. Het was heftig dat we zo uitgesproken waren, dat is eigenlijk niet volgens onze code."
Die code luidt dat de praatgroep een vrijplaats is waar je alles te berde kunt brengen "in de wetenschap dat je kritiek krijgt van mensen die het beste met je voor hebben", aldus Peter Buijs. Paul van Dijk: "Je moet dilemma's kunnen uitwisselen zonder last of ruggenspraak." Dat is ook de reden waarom ze met niemand praten over de inhoud van de avond. Zelfs niet met hun partner. "Met mijn vrouw heb ik het uiteraard ook over mijn dilemma's, maar zij is in veel zaken partij", zegt Peter Buijs. Hij noemt de mannenpraatgroep een 'veiligheidsklep' in zijn bestaan. "Dat ik al meer dan veertig jaar mijn leven deel met mijn vrouw, is mede dankzij deze mannenpraatgroep."
De praatgroep is volgens hen meer dan een vriendengroep, ook al zien sommigen elkaar ook wel eens 'privé'. Peter Buijs: "Met vrienden wil ik gewoon een leuke avond hebben, terwijl de mannenpraatgroep het expliciete doel heeft om structuur te brengen in persoonlijke dilemma's." Wouter Hogervorst: "Ik heb tijdens het sparren met deze jongens bijvoorbeeld geleerd dat ruzie binnen een relatie ook een goed teken kan zijn, omdat het aantoont dat je elkaar serieus neemt." Sinds hij bij de praatgroep zit, merkt hij bovendien dat hij gemakkelijker over zijn gevoel praat. Peter Buijs: ,,Ik kan het mannen van harte aanbevelen."
Foto: Patrick Post